Waarom we onszelf niet kunnen vinden, maar er toch wel zijn

 

(deze blog is mede geïnspireerd door het boekje van Coen Simon getiteld “Waarom we onszelf zoeken maar niet vinden” ISBN 9789026323843 uitgeverij Ambo, 2011)

Onderzoeken wie je bent begint gelukkig een steeds meer geaccepteerde activiteit te worden, zeker bij spiritueel georiënteerde mensen. Maar heb je ooit iemand ontmoet waarvan je zeker weet dat die zichzelf gevonden heeft? Of nog beter dat je heel zeker weet dat je jezelf gevonden hebt? Ik ga er vooralsnog van uit dat alles wat je vindt slechts een speciale versie van jezelf is, waarvan je denkt dat je dat bent. Niet dat dit niet mag of dat het verkeerd zou zijn, maar het goed is te weten dat de hele zoekbeweging je per saldo nooit kan brengen bij dat wat je van nature al bent.  Maar waarom kunnen we onszelf dan niet vinden, terwijl we er toch overduidelijk zijn? Omdat net zoals het oog zichzelf niet kan zien, het oor zichzelf niet kan horen en de neus zichzelf niet kan ruiken, noch de mond zichzelf kan proeven er geen tweede van onszelf is. Daarom dus. Er is gewoon geen andere versie. Deze logica is voor de meeste van ons moeilijk te snappen, maar ik vrees toch dat het wel de realiteit is.  Stoppen met met zoeken is eigenlijk de enige optie die er nog overblijft.  Maar ook al stop je, dan blijven er zich nog een ongekende variëteit aan gedachten en gevoelens aandienen waarvan het geen enkele zin heeft die te veranderen, te ontkennen of te negeren.

Het onderzoek gaat dus op een of andere manier gewoon door of je nu wilt of niet.  Je blijft met of tegen jezelf praten en ook de interactie met de wereld stopt niet. Een kleine analyse zou het volgende kunnen opleveren. Wat gebeurt er als je al onderzoekende een gesprek voert met jezelf? Wie is het dan wie met wie praat? En wie luistert er dan naar deze innerlijke dialoog? Er zijn weliswaar gedachten en gevoelens zijn die met elkaar interfereren, maar betekent dat dan ook dat er een afzonderlijk iemand is die buiten die gedachten en gevoelens staat? Scheppen die gedachten en gevoelens niet in feite een zogenaamde derde en is het niet zo dat die derde meteen ophoudt te bestaan zodra de innerlijke spraak stopt?  Anders gezegd; heb je een notie van jezelf als afzonderlijk persoon als er denken noch voelen is?

Hoe nu verder? Je zegt wel eens dat je jezelf niet bent  vandaag. Maar niemand zal vervolgens aan je vragen wie je dan vandaag niet bent. Je staat vandaag voor de spiegel staat en kijkt naar je spiegelbeeld, ziet die er dan anders uit dan gisteren? Wat er meestal bedoeld wordt, is dat je jezelf niet vrij voelt, dat je niet lekker in je vel zit, dat de dingen stroef gaan of alles je tegen lijkt te zitten. Wat je mist is eigenlijk de klik met de wereld, de afstemming met wat er gebeurt en het gevoel daar een levend onderdeel van te zijn. Er is dan verbinding en als die wegvalt is alles leeg en kaal, zonder betekenis.

Jezelf zoeken los van de buitenwereld is een heel moeilijke, zo niet onmogelijke opgave. Dit omdat je altijd eerst een (spiritueel) beeld van jezelf zult creëren waarnaar je vervolgens gaat zoeken. Aldus ontstaat er een beeld dat je denkt te zijn.  Die zet je in de etalage en aanbidt of verwerpt die vervolgens dan. Dat is de cirkel waarin je rondjes draait. Je wilt dit of dat zijn, maar een kunstenaar wordt  pas geboren als het kunstwerk er is en je bent pas moeder of vader na de geboorte van het kind. Je ontstaat dus eigenlijk uit tweeheid, je kunt pas bestaan  ……. als het andere er ook is. Dit laatste houdt in dat je alles kunt zijn. Alles kan bijdragen tot je bestaan.

Nog een reden waarom we onszelf niet kunnen vinden is omdat we, ook al onderzoeken we ons te pletter,  we telkens van de ene in de andere situatie vallen en we alleen maar kunnen leven naar de voorwaarden die in die specifieke situatie gelden. Daar kunnen we ons niet buiten plaatsen. Als het te heet is zoeken we afkoeling, als we honger hebben zoeken we eten, als we eenzaam zijn zoeken we gezelschap. Dat daaruit weer spontaan een nieuwe situatie ontstaat mag wel duidelijk zijn en zo rol je van de het een in het ander.  Daar kun je helemaal niets aan doen. Ook niet aan het zoeken of er aan te willen ontsnappen.

Geef je over aan de wereld, dan ben je wie je bent. Zijn. Bewust-zijn.

 

 

 

 

 

Leave a Reply

Your email address will not be published.